Koninginneteelt

Koninginnebrij wordt afgescheiden door de jonge bijen en dient als voedsel voor de koninginnelarven en de larven gedurende de eerste drie dagen.
Alleen de koninginnelarve blijft die verder krijgen tot de dop gesloten is.
Het is een geelachtige, troebele substantie met een scherpe smaak. Koninginnebrij is een eiwitrijk mengsel van vitaminen en koolhydraten.

Het oogsten van koninginnebrij is zeer arbeidsintensief. Men kan slechts een kleine hoeveelheid (max. 300gr) per volk oogsten.

De bijengemeenschap wordt ook wel bijenvolk genoemd. Een bijenvolk is een sterke sociale eenheid, het individu binnen die gemeenschap telt niet. Er zitten 5 à 7 duizend (winter) en tot 50 duizend bijen (zomer) in een volk.

Een bijenvolk is verdeeld in groepen: 1 koningin, ongeveer 200 darren en de rest zijn dus werksters. Omdat de koningin de belangrijkste bij is in een volk, wordt ze bij voorkeur “gemerkt”. Dit gebeurt door het opkleven, van een felgekleurd plaatje met nummer op de bovenzijde van haar borstschild.
Door het aanbrengen van het merkteken kan men gemakkelijk de koningin terugvinden tussen de andere bijen en door de kleur ook haar geboortejaar kennen.

De koningin is een vrouwelijke bij, die voor het nageslacht zorgt.
De werksters zijn vrouwelijke bijen, die zowel binnen als buiten de korf al het nodige werk doen.
De darren zijn de mannelijke bijen, hun enige taak bestaat er in koninginnen te bevruchten.